13.12.04

15. The Killers - Hot Fuss



Uiteindelijk vond ik toch The Killers de leukste van alle nieuwe, hoekige, gitaarbands die volgens sommigen de rock'n'roll weer eens gered hebben in 2004. Niets of niemand moet zo vaak gered worden als de rock'n'roll - nog geen 3 jaar na de vorige reddingsoperatie (Strokes/Stripes, weet je nog wel?), en schijnbaar dreigde alweer bijna het gevaar dat het hele genre voorgoed in het afvoerputje der geschiedenis zou verdwijnen. En toen was daar -gelukkig- Franz Ferdinand. En Dogs Die in Hot Cars, en The Futureheads en The Features (en, volgens bepaalde mensen, Razorlight en Jet, maar 'bepaalde mensen' kunnen dan ook beter niet in mijn buurt komen).
Het enige uit de Latest Wave of the New Wave dat ik echt érg goed vond (en vind) is Bloc Party - en dat deel ik gevoelsmatig helemaal niet in bij bovenstaande bands. Het debuutalbum van Bloc Party komt medio februari uit, ik wacht in spanning af.

Maar in de categorie 'best wel goed in dit genre' staan The Killers bovenaan. Wat hebben The Killers dan voor op de rest? Dat zit hem vooral in de net iets breder uitwaaierende referenties. Waar de vroege Talking Heads en XTC voor de meeste Hoeking Geluid-bands wel genoeg is, komt hier de héle eerste helft van de jaren '80 voorbij. The Cure, Killing Joke, en Duran Duran. De ijskoude synthesizerlijnen brengen me meteen terug naar toen (de winters waren toen echt gewoon kouder, ik weet het zeker). De hakkende gitaar verhoogt de feestvreugde ook niet echt, en het is -typisch '80s - de bas die voor de vrolijke noot moet zorgen: ófwel funky (zoals in opener "Jenny was a friend of mine"), ófwel als drager van de belangrijkste nevenmelodie ("Smile like you mean it").

Ik ben meteen weer terug. Terug waar? Kruisraketten zouden er komen in Woensdrecht. Ronald Reagan aan de macht, en Andropov (of Tsjernenko). Mijn ouders stemden op Ed Nijpels. Mij had het allemaal weinig kunnen schelen, als de meisjes in de brugklas me ook maar één blik waardig hadden gegund. Maar meisjes in de brugklas zijn of lijken allemaal 3 jaar ouder dan jongens in de brugklas, en bovendien had ik een bril en een beugel. Dikke kans dat ik die ene blik gemist zou hebben dus, want ik durfde hén niet eens aan te kijken.
Wat een klotetijd eigenlijk. En toch: 20 jaar later overheerst vooral de nostalgie. Ik haal me de situaties voor de geest, en wéét dat het geen tijd is waarnaar ik wil terugkeren, maar ik kan het niet meer voelen. De gedachte dat 'de neutronenbom' elk moment kon vallen; het verdriet omdat zij mij niet ziet staan: de herinneringen zijn cognitief, niet emotioneel.

Totdat ik Hot Fuss draai. Dan valt plots alles weer op zijn plaats en ben ik weer dat mannetje van 12, met die te grote boekentas. En ondanks dat de meeste gevoelens die dat oproept niet bepaald positief te noemen zijn, maakt het me toch heel gelukkig. Gelukkig dat ik nu ouder ben en alles nu beter en mooier is, maar ook gelukkig dat muziek dit mogelijk maakt. In de trein zitten na een dag werken: afspraken gemaakt over een buitenlandse studiereis, lunchvergadering, college gegeven; en dan je koptelefoon opzetten en het gevoel krijgen dat je na een lange schooldag (met in het laatste lesuur nog een overhoring Franse vocabulaire!) naar huis fietst. Walkman op, bandje van Seven and the Ragged Tiger erin.
Gelukkig, ondanks alles. Of zoals The Killers zelf hun album besluiten: "everything will be all right".
Website (beluister fragmenten, bekijk video's)